Commissies voor zelfstandige tussenpersonen bij vrijgestelde weddenschappen kunnen ook vrijgesteld zijn van btw
In België bestaat al geruime tijd discussie over het feit of de commissies die zelfstandige agentschappen ontvangen voor het in hun eigen naam maar voor rekening van een derde afsluiten van weddenschappen, verzmalen van inzetten en uitbetalen van winnaars, van de btw is vrijgesteld op grond van artikel 44, § 3, 13° Wbtw. De weddenschappen zelf vallen onder deze vrijstelling. Volgens het Hof van Justitie vallen ingevolge het commissionairsbeginsel (artikel 20, § 1 Wbtw) de dienstprestaties van zelfstandige agentschappen die handelen in eigen naam maar voor rekening van de organisator van de weddenschappen, eveneens onder deze vrijstelling. Dat betekent dus dat in die omstandigheden de organisator van de weddenschappen geen btw moet betalen over de door hem uitbetaalde commissielonen, btw die voor hem niet aftrekbaar is. Anderzijds betekent dit voor de zelfstandige agentschappen die onder dergelijke omstandigheden werken, geen btw moeten afdragen op de door hen ontvangen commissielonen. Of een agentschap in eigen naam maar voor rekening van een organisator handelt, moet door de nationale rechter worden uitgemaakt.
Bron: www.curia.eu, C-464/10, Tiercé Franco-Belge (Pierre Henfling, Raphaël Davin en Koenraad Tanghe), 14 juli 2011