Accountant aansprakelijk voor verlijden acte onder registratierecht terwijl klant onder btw wilde verkopen

Twee artsen vestigen een vruchtgebruik op een gebouw ten gunste van hun vennootschap. Zij willen dit doen onder toepassing van btw zodat zij als toevallige btw-plichtigen de btw geheven van de oprichting kunnen recupereren.
 
De accountant geeft dit blijkbaar onvoldoende duidelijk door aan de notaris die de ontwerpakte naar de accountant stuurt. Deze laatste geeft echter geen opmerkingen en de acte wordt verleden onder toepassing van de registratierecht.
 
De artsen verhalen de verloren gegane btw-aftrek op de accountant en worden hierin gesteund door de rechtbank.
 
Rb. Leuven, 7 januari 2011

Gemengde holdingvennootschap moet bewijs leveren van aanwending kosten voor volledige btw-aftrek

Een holdingvennootschap die managementdiensten verricht onder toepassing van btw en daarnaast ook louter aandelen aanhoudt met het oog op het innen van dividenden en het realiseren van een eventuele meerwaarde bij een latere verkoop is een gedeeltelijke btw-plichtige.
 
Om de btw geheven van kosten volledig te kunnen recupereren, moet deze holdingvennootschap kunnen aantonen dat betreffende kosten integraal werden aangewend voor de btw-activiteit.
 
Rb. Brussel, 7 januari 2011

Aanwijzingen voor fraude in jaar x kunnen verjaringstermijn niet uitbreiden voor voorgaande jaren

Voor een btw-plichtige die vuurwerk verkoopt beschikt de administratie over vermoedens van fraude voor de jaren 2005 en 2006.
 
De fiscus mag er niet zomaar van uitgaan dat er dan ook in voorgaande jaren fraude werd gepleegd, zonder concrete aanwijzingen van fraude voor die voorgaande jaren, om de verjaringstermijn uit te breiden.
 
Rb. Bergen, 18 januari 2011

Geen schadevergoeding van administratie indien ten onrechte btw-nummer werd toegekend

Een belangenvereniging vraagt en krijgt een btw-nummer. Later bij controle blijkt volgens de fiscus dat zij een vrijgestelde btw-plichtige zonder recht op aftrek is. De controleur verwerpt dan ook alle afgetrokken btw.
 
De vzw eist van de administratie een schadevergoeding omdat zij het btw-nummer heeft toegekend.
 
Maar volgens de rechtbank maakt dit geen verschil. Als vrijgestelde btw-plichtige had de vzw nooit recht op aftrek van btw, dus het verlies van afgetrokken btw is niet het rechtstreekse gevolg van de toekenning van het btw-nummer.
 
HvB Antwerpen, 1 februari 2011

Btw op kosten opendeurdagen is aftrekbaar

De btw geheven van kosten die de verkoop moeten bevorderen is aftrekbaar. Het gaat immers om publiciteitskosten en niet om kosten van onthaal. Dat is ook het geval bij opendeurdagen waar potentiële klanten en kopers aanwezig zijn.
 
Wanneer de kopers van een broodbakmachine een gratis boek krijgen maar hiervoor wel verzendingskosten betalen aan de leverancier, dan behoren deze verzendkosten tot de maatstaf van heffing en is daarop btw verschuldigd.
 
Rb. Antwerpen, 14 februari 2011

Concurrentiële druk voor verkopen zonder factuur geen reden tot boetevermindering

Het Hof van Cassatie verbreekt een uitspraak van het Hof van Beroep die een boetevermindering toestond aan een drankenhandelaar die aan btw-plichtigen verkocht zonder een factuur uit te reiken. Dat de drankenhandelaar hiertoe werd verplicht omwille van commerciële druk, is geen reden om de opgelegde boete te verminderen.
 
Cassatie, 11 maart 2011

Terbeschikkingstelling voetbalstadion is vrijgestelde onroerende verhuur

De tijdelijke terbeschikkingstelling van sportinstallaties door een gemeentebedrijf aan een sportclub met het oog op de organisatie van voetbalwedstrijden tijdens maximaal 18 dagen per sportseizoen is volgens de rechtbank een vrijgestelde onroerende verhuur.
 
Alle andere diensten die werden geleverd door het gemeentebedrijf (beheer van de parking, veiligheid tijdens de wedstrijden, onderhoud van het grasveld en aanpassing aan de normen ervan, het reinigen van de omgeving van het stadion na de wedstrijden, de terbeschikkingstelling van telefoonlijnen en ADSL en de bestelling van catering) zijn bijkomstige prestaties bij de passieve terbeschikkingstelling van de installaties tegen een vergoeding die verband houdt met het tijdsverloop.
 
De handeling dient dan ook beschouwd te worden als een door artikel 44, § 3, 2° Wbtw vrijgestelde onroerende verhuur waarvoor geen recht op aftrek bestaat.
 
Rb. Bergen, 12 mei 2011

Geen onroerende verhuur voor Temco

Het Hof van Beroep in Brussel oordeelt in de Temco-zaak, die aanleiding gaf tot een zeer belangrijke uitspraak van het Europese Hof van Justitie en tot aanpassingen van diverse administratieve standpunten inzake onroerende verhuur, dat het niet gaat om een vrijgestelde onroerende verhuur. 
 
De precaire gebruiksrechten voorzien immers in een verdeling van de ruimten tussen de verschillende gebruikers op basis van gebruikte vierkante meters en niet op een geografische basis. Alle overeenkomsten zijn afzonderlijke overeenkomsten. Er is geen exclusiviteit in hoofde van de gebruikers.
 
De vergoedingen werden terecht met btw belast en de btw op de kosten mbt tot het betreffende gebouw is aftrekbaar.
 
HvB Brussel, 15 juni 2011

Btw verschuldigd op aanrekening vervoerskosten van een “gratis” geschenk

Een groothandelaar van broodmachines geeft kopers van bepaalde machine een gratis kookboek. De kopers moeten enkel een kleine bijdrage betalen in de vervoerskosten.
 
Deze bijdrage is volgens de rechtbank van Antwerpen volgens de normale regels aan de btw onderworpen als bijhorende kosten die in de maatstaf van heffing opgenomen moeten worden.
 
De btw-aftrek op de kosten van opendeurdagen wordt door de rechtbank aanvaardt als publicitaire kosten.
 
Rb. Antwerpen, 14 februari 2011

Verkoop van materieel zonder overdracht handelsfonds valt niet onder artikel 11 Wbtw

Een traiteur die zijn materiaal verkoopt evenals de gebouwen waarin de activiteit wordt uitgeoefend, maar zijn handelsfonds niet overlaat, kan volgens de rechtbank artikel 11 Wbtw niet toepassen op deze verkoop. Het gaat hier volgens de rechtbank niet om een algemeenheid van goederen of een bedrijfsafdeling omwille van de volgende argumenten:

de factuur geeft geen gedetailleerde omschrijving weer van wat wordt overgedragen
cliënteel, voorraad, handelsnaam werden niet overgedragen

Rb. Bergen, 26 april 2011

Geen boete bij spontane regularisatie waarbij administratie zelf tussenkomt

Onderneming A voert goederen in in België maar geeft deze invoeren aan op een btw-nummer en bijhorende vergunning voor verlegging van heffing van invoer-btw van een andere groepsvennootschap. Deze handelingen worden echter niet opgenomen in de btw-aangifte van deze andere groepsonderneming zodat de verlegging van de invoer-btw nooit effectief werd opgenomen.
 
In het kader van een spontane regularisatie neemt haar fiscaal adviseur contact op met de btw-administratie teneinde via overleg te komen tot een rechtzetting van deze situatie. Hierbij wordt overeengekomen dat de invoerdocumenten niet moeten worden geannuleerd en hermaakt. Bij deze rechtzetting legt de administratie aan de btw-plichtige echter een boete op van 5% die ze niet wil kwijtschelden op basis van artikel 3 van het KB nr. 41.
 
Volgens het Hof betekent de tussenkomst van de administratie in de rechtzetting geenszins dat het niet om een spontane rechtzetting zou gaan. De bepaling “zonder tussenkomst van de administratie” doelt volgens het Hof enkel op controledaden van de fiscus die de onregelmatigheden aan het licht brengen. In deze zaak is er dus geen dergelijke tussenkomst van de administratie geweest en de boete wordt dan ook kwijtgescholden.
 
HvB Brussel, 15 juni 2011

Geen btw-vrijstelling voor lidgelden van VZW die tegenprestatie zijn voor supportdiensten

Een vzw die aan de kopers van een softwarepakket gedurende een jaar support via een helplijn aanbiedt en die vervolgens voor elk volgend jaar een “lidgeld” aanrekent waardoor het “lid” gebruik kan blijven maken van de supportdiensten, moet deze bijdragen aan de btw onderwerpen.
 
Dat er leden zijn die geen bijdrage betalen doet niet ter zake aangezien dergelijke leden geen gebruik kunnen maken van de support diensten.
 
Dat bepaalde leden die wel de bijdrage betalen geen beroep doen op de supportdiensten doet evenmin ter zake (Cf. HvJ, Kennemer Golf and Country Club, C-174/100, 21 maart 2002).
 
De vzw moet echter de btw niet betalen. Er is door de administratie nooit enige opmerking gegeven over het niet aanrekenen van btw. De fiscus roept de voorrang van het wettelijkheidsbeginsel in op het opgewekt vertrouwen waarop de btw-plichtige zicht beroept. De vrijstelling in casu betreft echter een specifieke feitenkwestie waardoor de vzw zich terecht op het vertrouwensbeginsel beroept.
 
HvB Brussel, 16 juni 2011