Gratis goederen bij aankopen forfaitaire kapper tellen

Volgens de rechtbank in Luik moeten de gratis producten die een kapper van zijn leveranciers ontvangt, bij zijn aankopen worden geteld voor de berekening van de verschuldigde btw wanneer deze kapper aan de forfaitaire regeling inzake btw is onderworpen.
 
Rb. Luik, 22 oktober 2009

Geen vrijstelling indien koper op uitvoerdocument als uitvoerder wordt vermeld

De fiscus aanvaardt de vrijstelling wegens uitvoer indien de verkoper de goederen uitgeklaard aan een buitengrens van de Gemeenschap aflevert, ook al wordt de uitvoer effectief verricht door zijn in België gevestigde koper.
 
Deze administratieve tolerantie op de vrijstelling wegens uitvoer, moet net zoals de vrijstelling strikt worden toegepast.
 
De rechtbank staat dan ook de vrijstelling niet toe indien de koper ipv de verkoper als uitvoerder op het uitvoerdocument staat vermeld.
 
Rb. Luik, 30 juni 2010

Btw op cateringkosten bij modeshow die producten voorstelt aan potentiële klanten is aftrekbaar

Kosten gemaakt om de verkoop te bevorderen, zijn kosten van publiciteit en geen kosten van onthaal. De btw is dan ook aftrekbaar. Hetzelfde geldt voor de cateringkosten die naar aanleiding van dergelijke evenementen worden gemaakt, in casu catering bij een modeshow waarbij klanten en potentiële klanten kennis konden maken met de nieuwe collectie.
 
Rb. Leuven, 3 september 2010 

Rechtbank weigert zevenjarige verjaringstermijn bij toepassing verkeerd btw-tarief

De fiscus kan de verjaringstermijn uitbreiden naar zeven jaar wanneer uit onder meer een bewijskrachtig gegeven blijkt dat:

belastbare handelingen niet werden aangegeven
btw-aftrek ten onrechte werd uitgeoefend
een btw-vrijstelling ten onrechte is toegepast

Wanneer een btw-plichtige ten onrechte het verlaagd tarief van 6% toepast en deze handelingen als dusdanig ook opneemt in zijn btw-aangifte, dan kan de fiscus geen gebruik maken van deze uitbreiding van de verjaringstermijn naar zeven jaar.
Rb. Bergen, 8 september 2010

Btw op hotelkosten van personeel onderaannemer is niet aftrekbaar

Een btw-plichtige kan de btw niet recupereren die hij heeft betaald op hotelkosten gemaakt voor personeelsleden van zijn onderaannemers.
 
Aangezien het niet om zijn personeel gaat, is de uitzondering voorzien in artikel 45, § 3, 3° Wbtw niet van toepassing.
 
Rb. Bergen, 15 september 2010

Verhuren van vakantiewoning met afzonderlijke aanrekening electriciteit, gas en schoonmaak bij einde vakantie is vrijgestelde onroerende verhuur

Geschil betreffende het al dan niet passieve karakter van de terbeschikkingstelling van vakantiewoningen. In casu blijkt het in hoofdzaak te gaan om de terbeschikkingstelling van de vakantiewoning waarbij electriciteit, gas en schoonmaak bij het einde van het verlof afzonderlijk worden aangerekend. Dit is volgens het hof een vrijgestelde onroerende verhuur.
 
HvB Luik, 22 september 2010

Margeregeling reisbureau: aantonen afzonderlijke aanrekening voor toepassing gunstiger percentage

Een btw-plichtige die de bijzondere margergeling voor reisbureaus toepast, moet het percentage van 13% hanteren om de maatstaf van heffing te berekenen voor alle handelingen waarvoor hij niet kan aantonen dat het gaat om diensten die afzonderlijk aan de klant worden aangerekend en geen deel zouden uitmaken van een globale prijs.
 
Ook al kan hij details geven van de samenstelling van de globale prijs, dat is niet voldoende om aan te tonen dat het gaat om afzonderlijk verrichte prestaties.
 
HvB Luik, 3 november 2010

Hoofdelijke aansprakelijkheid voor bestuurders indien faillissement pas wordt uitgesproken na kennisgeving aansprakelijkheid door fiscus

Wanneer de fiscus de bestuurders van een vennootschap hoofdelijk aansprakelijk wil stellen voor niet-betaalde btw-schulden, dan moeten zij de bestuurders hiervan via aangetekend schrijven op de hoogte brengen.
 
Indien de bestuurders naar aanleiding van dit schrijven het faillissement aanvragen, blijven zij aansprakelijk voor de niet-betaalde btw zolang zij niet aantonen dat de niet-betaling niet hun fout is.
 
Rb. Antwerpen, 22 november 2010

Bezoekrecht voor benedenverdieping appartementsgebouw waar zaakvoerder op eerste verdieping woont

De btw-controleurs moeten toegang krijgen tot alle lokalen waar een beroepsactiviteit wordt uitgeoefend. Enkel indien die lokalen ook bestemd zijn voor privéwoning, is dit toegangsrecht beperkt en moet er een machtiging van de politierechter zijn.
 
Wanneer blijkt dat in een appartementsgebouw op de benedenverdieping btw-activiteiten worden uitgeoefend, dan hebben de btw-ambtenaren toegang tot deze lokalen, ook al heeft de zaakvoerder op een hoger gelegen verdiep zijn privéwoning.
 
Het weigeren van de toegang wordt dan ook terecht door de fiscus gesanctioneerd.
 
Rb. Bergen, 22 december 2010