In haar beslissing nr. ET 119.650/3 voorziet de administratie in 3 verschillende methoden om het beroepsgebruik van een vervoermiddel vast te stellen. De methodes 1 en 2 mogen gecombineerd worden over verscillende vervoermiddelen, maar per vervoermiddel kan slechts één methode worden gebruikt.
Methode 3 is niet te combineren met de methodes 1 en/of 2, met andere woorden, indien men methode 3 kiest moet deze worden toegepast op alle vervoermiddelen die zowel beroeps- als privématig worden gebruikt, met uitzondering van de voertuigen die van methode 3 zijn uitgesloten (zie verder).
Bij methode 1 en/of 2 zal men tijdens het kalenderjaar steeds werken met een voorlopig aftrek%. Dit is het definitief aftrek% berekend op de gegevens van het vorige kalenderjaar. Indien geen referentieperiode voorhanden is zal een schatting moeten worden gemaakt. Na het verstrijken van het kalenderjaar kan het definitieve aftrek% van het betrokken kalenderjaar bepaald worden en zal de btw-plichtige eventueel de afgetrokken btw moeten herzien (in zijn voor- of nadeel).
Het aftrek% is in principe het beroeps%, tenzij voor voertuigen onderworpen aan de 50%-beperking voorzien in artikel 45, § 2 Wbtw. Daar dient het aftrek% beperkt te worden tot 50% indien het beroeps% meer dan 50% bedraagt.
Het aftrek% wordt in principe individueel per voertuig toegepast. De administratie staat toe dat men bij gebruik van de methodes 1 en/of 2 per categorie van vervoermiddel (bv. personenwagens, lichte vrachtwagens uit art. 4, § 2 Verkeersbelasting, overige lichte vrachtwagens, motorfietsen, …) een globaal aftrek% gebruikt, te berekenen door alle individuele aftrek% van de betrokken vervoermiddelen op te tellen en te delen door het aantal vervoermiddelen die tot deze categorie behoren.
1. Rittenadministratie
Beroeps% = [beroepskilometers per jaar / totaal kilometers per jaar] x 100
Bij te houden gegevens, enkel voor beroepsverplaatsingen:
Datum van de rit
Beginadres
Eindadres
Afgelegde kilometers per rit
Totaal afgelegde kilometers per dag
Kilometerstand bij begin en einde van het jaar (of bepaalde periode)
Niet van toepassing op volgende voertuigen waarvoor het beroepsgebruik steeds op basis van de feitelijke omstandigheden moet worden vastgesteld(limitatieve opsomming):
Met maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg;
Bestemd voor personenvervoer met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet inbegrepen;
Speciaal ingericht voor vervoer van zieken, gewonden en gevangenen en voor lijkenvervoer;
Omwille van hun technische kenmerken geen inschrijving in het repertorium van de DIV mogelijk;
Speciaal uitgerust voor het kamperen
Boten en luchtvaartuigen
Keuze geldt voor het lopend kalenderjaar
2. Semi-forfaitaire formule
Beroeps% = 100 – [(woon-werkverkeer x 2 x 200 + 6.000) / totaal kilometers per jaar] x 100
Niet van toepassing op volgende voertuigen waarvoor het beroepsgebruik steeds op basis van de feitelijke omstandigheden moet worden vastgesteld(limitatieve opsomming):
Met maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg;
Bestemd voor personenvervoer met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet inbegrepen;
Speciaal ingericht voor vervoer van zieken, gewonden en gevangenen en voor lijkenvervoer;
Omwille van hun technische kenmerken geen inschrijving in het repertorium van de DIV mogelijk;
Speciaal uitgerust voor het kamperen
Boten en luchtvaartuigen
Keuze geldt voor het lopend kalenderjaar
Aanpassingen aan de formule:
Prorateren van de “200” en de “6.000” indien ingebruikneming of buitengebruikstelling in de loop van het kalenderjaar (resterende dagen kalenderjaar/365)
Wijziging afstand woon-werk: pro-rata temporis berekenen
3. Algemeen Forfait
Beroeps% = 35%
Enkel indien minstens 4 vervoermiddelen in de vloot (eigendom en/of verhuurd) die zowel beroeps- als privématig worden gebruikt. Hierbij mag evenmin rekening worden gehouden met de volgende voertuigen waarvoor het beroepsgebruik steeds op basis van de feitelijke omstandigheden moet worden vastgesteld(limitatieve opsomming):
Met maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg;
Bestemd voor personenvervoer met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet inbegrepen;
Speciaal ingericht voor vervoer van zieken, gewonden en gevangenen en voor lijkenvervoer;
Omwille van hun technische kenmerken geen inschrijving in het repertorium van de DIV mogelijk;
Speciaal uitgerust voor het kamperen
Boten en luchtvaartuigen
Keuze geldt tot en met 31 december van het derde jaar volgend op het jaar waarin dit algemeen forfait voor het eerst wordt toegepast.