De lidstaten zijn het na grondige besprekingen binnen het btw-comité over het arrest van het Europese Hof van Justitie in de zaak Vega (C-235/18 dd. 15.05.2019), bijna unaniem eens geworden dat de uitgever van een tankkaart (tankkaartmaatschappij) in principe geen brandstof levert maar een financiële dienst verricht (richtsnoer 1068 van het btw-comité dd. 06.09.2023).
De tankkaartmaatschappij zal wel geacht worden de brandstof zelf aan te kopen en zelf te verkopen als de volgende voorwaarden vervuld zijn:
Verwacht werd dat de Belgische administratie deze standpunten zou overnemen en becommentariëren in een nog te publiceren circulaire. Deze is nu gepubliceerd, maar de administratie neemt toch een soepelere houding aan.
Zo aanvaardt ze dat de tankkaartmaatschappij wel degelijk de brandstof aan- en verkoopt (commissionairsprincipe) als:
En uiteraard is het commissionairsprincipe ook van toepassing op de brandstofleveringen als voldaan is aan de voorwaarden die zijn vastgelegd in voormeld richtsnoer van het btw-comité.
In de andere dan de hiervoor vermelde gevallen is het commissionairsprincipe niet van toepassing op de brandstofleveringen en verricht de tankkaartmaatschappij een van btw vrijgestelde kredietverlening voor de tankkaarthouders (artikel 44, § 3, 5° Wbtw) en worden de brandstoffen rechtstreeks geleverd door de brandstofleveranciers aan de tankkaarthouders.
Bestaande klant?
Nieuwe klant?
Bericht voor abonnees: heb je een btw-vraag? Log dan in en stel je vraag via de “stel uw vraag” knop bovenaan.
De btw-lijn BV
Roderveldlaan 100 bus 6
2640 Mortsel (België)
info@btw-lijn.be
BE 0629.761.216