DPAS is een in de UK gevestigde btw-plichtige die in naam van tandartsen arrangementen voor tandheelkundige zorg verkoopt aan patiënten. DPAS ontwerpt, implementeert en beheert deze arrangementen, die erop neerkomen dat de tandarts zich ertoe verbindt de patiënt tandheelkundige zorg te verstrekken, en de patiënt zich ertoe verbindt maandelijks een met die tandarts overeengekomen vast bedrag te betalen. De door DPAS verstrekte diensten, waaronder diensten inzake de betalingsadministratie, zijn ook in het arrangement inbegrepen, net zoals een verzekering tegen bepaalde risico’s die niet onder het arrangement vallen. Het maandelijks bedrag wordt via automatische incasso van de bankrekening van de patiënt naar de rekening van DPAS overgeschreven en omvat dus drie componenten:
het door de patiënt aan de tandarts verschuldigde bedrag;
het door de patiënt aan de verzekeraar verschuldigde bedrag;
het door de patiënt aan DPAS verschuldigde bedrag.
De vergoeding die DPAS toekomt is in feite het bedrag dat de klant betaalt bovenop de vergoeding voor de tandheelkundige prestaties en de verzekering tegen bepaalde risico’s. DPAS betaalt maandelijks aan de tandartsen het aan hen toekomende bedrag uit.
Omdat DPAS de betalingen niet zelf verricht, maar enkel de betrokken financiële instellingen verzoekt om de bedragen over te schrijven, kwalificeren de prestaties van DPAS niet als betalings- en ontvangstverrichtingen die van btw vrijgesteld zijn door artikel 135, 1, d) van de btw-richtlijn.
Dat de prestatie van DPAS onontbeerlijk zouden zijn voor het uiteindelijk kunnen uitvoeren van de betalingen, verandert daar niets aan. De vrijstellingen van artikel 135 van de btw-richtlijn moeten immers strikt worden geïnterpreteerd.
Dictum van het Hof
Artikel 135, lid 1, onder d), van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde moet in die zin worden uitgelegd dat de aldaar geformuleerde vrijstelling voor handelingen betreffende betalingen en overmakingen niet van toepassing is op een dienst zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is, die erin bestaat dat de belastingplichtige de betrokken financiële instellingen verzoekt om, enerzijds, een som geld van de bankrekening van een patiënt naar zijn bankrekening over te schrijven op basis van een automatische incasso-opdracht en, anderzijds, deze som geld na aftrek van de aan hem verschuldigde vergoeding van zijn bankrekening naar de respectieve bankrekeningen van de tandarts en de verzekeraar van deze patiënt over te schrijven.
HvJ, C-5-/17, DPAS, 25 juli 2018
Bestaande klant?
Nieuwe klant?
Bericht voor abonnees: heb je een btw-vraag? Log dan in en stel je vraag via de “stel uw vraag” knop bovenaan.
De btw-lijn BV
Roderveldlaan 100 bus 6
2640 Mortsel (België)
info@btw-lijn.be
BE 0629.761.216