Elite Games is een Roemeense onderneming actief in recreatie- en vrijetijdsactiviteiten voor kinderen. Zij stelt speeltuigen ter beschikking in speciaal daartoe uitgeruste ruimten in grote winkelcentra. Die toestellen kunnen gebruikt worden door muntjes te kopen uit automaten.
Op haar ontvangsten hiervan droeg de onderneming 5% btw af, maar de fiscus vond dat hierop het btw-tarief van 19% van toepassing is.
De Roemeense rechter die zich in deze zaak moet uitspreken, vraagt aan het Europese Hof van Justitie of de inkomsten uit de terbeschikkingstelling van die automaten in zo’n afgebakende ruimte in een winkelcentrum of andere handelsruimten niet beschouwd moet worden als de toegangsprijs voor een amusementspark zoals bedoeld in punt 7 van de bijlage III bij de btw-richtlijn. Op basis van die bepaling hanteert Roemenië een verlaagd btw-tarief van 5% voor diensten die bestaan in het verlenen van toegang tot onder meer amusementsparken en recreatieparken.
In de zaak Phantasialand (C-406/20 dd. 09.09.2021) oordeelde het Europese Hof dat de btw-richtlijn, noch de uitvoeringsverordening bij die btw-richtlijn een definitie bevat van het begrip ‘amusementsparken’ zoals bedoeld in punt 7 van de bijlage III bij de btw-richtlijn. Maar evenmin is voorzien dat de lidstaten deze begrippen moeten omschrijven. Dus gaat het om een autonoom begrip van het Unierecht dat op het gehele grondgebied van de Unie uniform moet worden uitgelegd. Dat begrip moet bijgevolg enerzijds worden uitgelegd overeenkomstig de gewone betekenis ervan in het dagelijkse taalgebruik, maar anderzijds is ook een strikte uitlegging vereist, omdat het toepassen van een verlaagd btw-tarief een uitzondering vormt van het beginsel dat het normale btw-tarief van toepassing is.
Met de uitdrukking ‘amusementspark’ wordt volgens het Hof bedoeld: een ontsloten terrein met verschillende voorzieningen voor ontspanning en vermaak. Uit die tekst volgt dat het moet gaan om een ruimte op het grondoppervlak die speciaal is ingericht om installaties voor ontspanning en vermaak te exploiteren. Een louter afgebakende ruimte op een bepaalde plaats op zich is niet voldoende.
De installatie in een afgebakende ruimte binnen handelsruimten of winkelcentra, van speelautomaten voor individueel of collectief gebruik komt dus niet in aanmerking voor het verlaagd btw-tarief dat lidstaten mogen toepassen op de toegangsprijzen voor amusementsparken.
Dictum van het Hof (vertaald via deepl)
Artikel 98, lid 2, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, gelezen in samenhang met punt 7 van bijlage III bij deze richtlijn moet aldus worden uitgelegd dat de installatie, op een afgebakende plaats in handelsruimten of winkelcentra, van speelautomaten voor individueel of collectief gebruik die worden geëxploiteerd door middel van jetons die van de houder worden gekocht of, in voorkomend geval, na betaling van een vergoeding aan de houder, niet valt onder het begrip “speelpark” in de zin van dat punt 7. Bijgevolg kunnen de diensten die daartoe toegang verlenen, niet in aanmerking komen voor het verlaagde tarief van de belasting over de toegevoegde waarde dat de lidstaten mogen toepassen op de toegangsprijzen voor speelautomaten.
HvJ, C-576/23, Elite Games, 14 maart 2024
Bestaande klant?
Nieuwe klant?
Bericht voor abonnees: heb je een btw-vraag? Log dan in en stel je vraag via de “stel uw vraag” knop bovenaan.
De btw-lijn BV
Roderveldlaan 100 bus 6
2640 Mortsel (België)
info@btw-lijn.be
BE 0629.761.216